De elektronische interface in de lidstaat van identificatie waarmee een belastingplichtige of de voor zijn rekening handelende tussenpersoon voor het gebruik van een van de bijzondere regelingen registreert, en langs welke weg deze persoon of zijn tussenpersoon de aangiften voor de belasting over de toegevoegde waarde (btw) op grond van die regeling bij de lidstaat van identificatie indient, wordt gekenmerkt door de volgende functionaliteiten:
a) de interface moet de faciliteit bieden om de krachtens artikel 361 of 369 septdecies van Richtlijn 2006/112/EG gedane mededeling en de wijzigingen daarin, en de krachtens artikel 365, 369 octies of 369 unvicies van Richtlijn 2006/112/EG in de btw-aangifte op te nemen inlichtingen te bewaren, voordat die gegevens of die wijziging worden ingediend;
b) de interface moet de belastingplichtige of de voor zijn rekening handelende tussenpersoon in staat stellen de toepasselijke gegevens met betrekking tot de btw-aangiften in te dienen door middel van elektronische bestandsoverdracht overeenkomstig de voorwaarden die door de lidstaat van identificatie zijn vastgelegd.